Lenteavond
Nauw zichtbaar wiegen, op een lichte zucht,
de witte bloesems in de schemering. Zie,
hoe langs mijn venster nog, met ras gerucht,
Een enk’le, al te late vogel vliedt.
En ver, daar ginds, die zacht-gekleurde lucht
als perlemoer, waar ied’re tint vervliet
in teerheid... Rust, o wondervreemd genucht,
want alles is bij dag zo innig niet.
Alle geluid, dat nog van verre sprak,
verstierf. De wind, de wolken, alles gaat
al zacht en zachter. Alles wordt zo stil...
En ik weet niet hoe thans dit hart, zo zwak,
dat al zo moe is, altijd luider slaat,
altijd maar luider en niet rusten wil.
Copyright © 2018 - Alle rechten voorbehouden - Algemeen Nederlands Zangverbond
Lay-out door Lien Alaerts en OS Templates