Vlaamse liederendatabank

Lieve Vrouwe van de Kempen

Wij komen U begroeten die onze Moeder zijt.
Wij spreiden vóór Uw voeten ons purp’ren heitapijt.
De wierook onzer dennen door heel de Kempen gaat
langs veld en weg en venne, waar Gij als hoedster staat.

Wij vieren U met bloemen en blije kaarsengloed
en duizendvoudig noemen wij U Maria zoet.
De wees gegroetjes warr’len door heel ons Kempenland
zo druk als ’t gouden dwarr’len van ’t stuivend korrelzand.

Laat pest en oorlogsrampen voorbijgaan, Lieve Vrouw.
Veeg alle kwalde dampen we met Uw mantelvouw.
Breng ’t Kempisch vol tezamen in Uwe hemelgouw
van eeuw’ge vrede, amen, het zij zo: ik betrouw.