Vlaamse liederendatabank

Nu kan de lente komen, de winter is voorbij

Nu kan de lente komen, de winter is voorbrij, de winter is voorbij.
De botten aan de bomen verlangen nar de mei, de mei.
O lieve milde lente, o heerlijk jaargetij,
gij maakt het hart der mensen weer jong en levensblij!
Weer jong en levensblij!

Nu kan de boomgaard bloeien en geuren in de wei en geuren in de wei,
waar boterbloempjes groeien, zo welig en zo vrij, zo vrij.
O lieve milde lente, o heerlijk jaargetij,
gij maakt het hart der mensen weer jong en levensblij!
Weer jong en levensblij!

Nu kan de merel fluiten zijn mooiste melodij, zijn mooiste melodij.
De lente lokt ons buiten naar berg en bos en hei, jochei!
O lieve milde lente, o heerlijk jaargetij,
gij maakt het hart der mensen weer jong en levensblij!
Weer jong en levensblij!