Schoon is de heide

Schoon is de heide als de morgen grauwt
als ’t allerzijden diamanten dauwt.
Schoon, als zonne breed de nevel splijt.
Bron van licht en wonne, bron van heerlijkheid.
Bron van licht en wonne, bron van heerlijkheid.

Schoon is de heide als wij op het duin
zwijgend verbeiden, ’t fulpen avondbruin,
tot wulpen fluitend strijken om het ven
en de nachtewind, tuitend, blaast door berk en den.
En de nachtewind, tuitend, blaast door berk en den.

Schoon is de heide als het onweer loeit
als heind’en verre, rood de hemel gloeit;
als wij met palmen gaan rond schuur en huis,
stellend have en halmen onder ’t hoedend kruis.
Stellend have en halmen onder ’t hoedend kruis.

Schoon is de heide schoon bij dag en nacht,
schoon ’t allen tijde, of zij weent of lacht.
Laat ons belijden met een blijde mond,
trouw aan onze heide, trouw aan eigen grond.
Trouw aan onze heide, trouw aan onze grond.


Contact
Algemeen Nederlands Zangverbond
Collegelaan 106
2100 Antwerpen
  • 03 237 93 92
  • info@anz.be
Een samenwerking tussen

Algemeen Nederlands Zangverbond, Studiecentrum voor Vlaamse Muziek en Bibliotheek Koninklijk Conservatorium Antwerpen. Met de steun van de Vlaamse Gemeenschap.