De leeuwenvaan
O Leeuwenvaan, ons innig lief,
Men maakt ons dit zoo vaak tot grief,
En knaagt de worm ook rust'loos door
Toch schittert gij met rijk'ren gloor.
Geen last die u ooit gemaakt
Wijl 't vlaamsche volk uw' eer bewaakt.
Wij lachen om der dwazen waan,
Gij blijft steeds hoog en hooger staan.
Wat was der vadren heiligst' pand?
Hunn' liefde voor het vlaamsche land!
Wat was der vadren eer en trots?
Wat stond zoo pal als elk en rots?
De Leeuwenvaan! De Leeuwenvaan!
Die oude vlaamsche Leeuwenvaan!
Er zijn die knielen laag in 't stof,
En zingen slaafs den vreemdenl of,
Wijl z'eigen aard met smaad belâan
En eigen taal niet eens verstaan.
Wij, zonen van der vadrenland
Onz' vadren doen wij nooit die schand;
Wij eeren wat de plicht gebiedt,
Maar, vreemden dwang, neen, neen dat niet.
Wat was der vadren liefste pand?
De talle van het vlaamsche land!
Wat was der vadren eer en trots?
Wat stond zoo pal als eik en rots?
De Leeuwenvaan! De Leeuwenvaan!
Die oude vlaamsche Leeuwenvaan!
O Leeuwenvaan, 't zij rouw, 't zij feest,
Gij blijft wat gij ons zijt geweest,
Hoe fel men soms uw val bestookk'
Der vadren trots, der zonen ook.
Wij staan vereend, U trouw ter zij,
Gij wappert wêer zoo heerlijk vrij!
Gegroet gegroet o dierbre vlag
Die Belgie's strijd bekroonen zag.
Wat was der vlâmen 't hoogste pand?
De standaard van het vlaamsche land!
Wat was der vlâmen eer en trots?
Wat stond zoo pal als eik en rots?
De Leeuwenvaan! De Leeuwenvaan!
Die oude vlaamsche Leeuwenvaan!
Copyright © 2018 - Alle rechten voorbehouden - Algemeen Nederlands Zangverbond
Lay-out door Lien Alaerts en OS Templates