Vlaamse liederendatabank

Pol de Mont

Er vloog een klein wild vogelken
naar een heimlijk venster heen!
Doe open, schoon lief, doe open,
en laat mij niet alleen.

Ik heb heel den nacht gevlogen,
gerust geen enkelen stond!
O gun mij den glans van uw oogen
en den kus van uw weeken mond!
Ik heb heel den nacht gevlogen,
gerust geen enkelen stond!

En hebt gij heel den nacht gevlogen,
om heimlijk bij mij te zijn,
op mijn boezem zult gij rusten,
vergeten moeite en pijn.

Ik wil u dekken en warmen
den langen zoeten nacht!
Ik wil u dekken en warmen,
U houden en kussen zacht
in mijn blanke, gemollige armen,
den langen zoeten nacht.