' s avonds

's Avonds, in de duisternis,
Is het buiten koel en frisch.
Na een dag van zonnefeest
Dringt nieuw leven naar den geest;
Vreugde vloeit en kommervlucht,
Bij 't genot der zuivre lucht.
's Avonds in de duisternis,
Is het buiten koel en frisch.

's Avonds komt het liefken mijn,
In den zilvren maneschijn.
'k Spreek tot haar mijn zoetste taal;
't Welkom zingt de nachtegaal;
't Windje lispelt bij zijn zang
En wy fluistren uren lang.
's Avonds komt het liefken mijn
In den zilvren maneschijn.

's Avonds in 't verlaten woud,
Stoort er niets ons mingekout.
't Beekje dooft ons brandend woord,
Maar 't rolt immer ruischend voort,
En de ster die ons beziet,
Zegt het aan de menschen niet.
's Avonds in 't verlaten woud,
Stoort er niets ons mingekout.

's Avonds ga ik blij ter rust
En droom voort van heil en lust.
Kort en streelend blijkt de nacht,
Als het beeld der liefde lacht,
En bij d'eersten morgengroet,
Brengt de hope dubblen moed
's Avonds ge ik blij ter rust
En droom voort van heil en lust.


Contact
Algemeen Nederlands Zangverbond
Collegelaan 106
2100 Antwerpen
  • 03 237 93 92
  • info@anz.be
Een samenwerking tussen

Algemeen Nederlands Zangverbond, Studiecentrum voor Vlaamse Muziek en Bibliotheek Koninklijk Conservatorium Antwerpen. Met de steun van de Vlaamse Gemeenschap.