' s avonds
's Avonds, in de duisternis,
Is het buiten koel en frisch.
Na een dag van zonnefeest
Dringt nieuw leven naar den geest;
Vreugde vloeit en kommervlucht,
Bij 't genot der zuivre lucht.
's Avonds in de duisternis,
Is het buiten koel en frisch.
's Avonds komt het liefken mijn,
In den zilvren maneschijn.
'k Spreek tot haar mijn zoetste taal;
't Welkom zingt de nachtegaal;
't Windje lispelt bij zijn zang
En wy fluistren uren lang.
's Avonds komt het liefken mijn
In den zilvren maneschijn.
's Avonds in 't verlaten woud,
Stoort er niets ons mingekout.
't Beekje dooft ons brandend woord,
Maar 't rolt immer ruischend voort,
En de ster die ons beziet,
Zegt het aan de menschen niet.
's Avonds in 't verlaten woud,
Stoort er niets ons mingekout.
's Avonds ga ik blij ter rust
En droom voort van heil en lust.
Kort en streelend blijkt de nacht,
Als het beeld der liefde lacht,
En bij d'eersten morgengroet,
Brengt de hope dubblen moed
's Avonds ge ik blij ter rust
En droom voort van heil en lust.
Copyright © 2018 - Alle rechten voorbehouden - Algemeen Nederlands Zangverbond
Lay-out door Lien Alaerts en OS Templates