's Nonnekens biecht
Ik heb gedroomd, Eerwaarde,
dat hij nog lief mij had
En ik in't wieglend schuitje
Weer aan zijn zijde zat.
Hij drukte mijn vingeren, Eerwaarde,
Hij sloeg zoo minzaam op mij;
Zijne ogen straalden als sterren,
En 'k was zoo gelukkig en blij!
Foei, kind, aan hem nog denken
Is groot zonde nu.
Gij zijt aan God verbonden,
En hij is dood voor u.
Zij boog het hoofd: Eerwaarde,
Sprak zij met stille stem,
Ik wil aan hem niet meer denken
Maar 'k droom nog steeds van hem.
Copyright © 2018 - Alle rechten voorbehouden - Algemeen Nederlands Zangverbond
Lay-out door Lien Alaerts en OS Templates