Wevers minnelied

'k Ben wever van stiel, 't getouwe is mijn vriend,
Want daarmee werd thuis kost en spaargeld verdiend,
Mijn ouders zijn henen de Heer heeft hun ziel!
Maar dank zij vader, 'k ken goed mijnen stiel.
Nu blijf ik alleen en wil paren,
Kom Grietje wordt gij mijn bruideke lief,
'k Ben vlijtig en jong nog van jaren,
Heb woonst en volledig gerief!

'k Ben wever van stiel
Heb winde en heb wiel,
Met sneldraaiend spoeleke
een kussene stoeleke
een splinternieuw touwtje,
gansch 't huiselik boeleke
is al voor mijn vrouwtje.

Geen aardiger stiel dan weven niet waar?
Ik weve gij spoelt en wij boomen te gaar!
Een metser een knecht of een smid al om 't een,
Die laten hun vrouwke over dag toch alleen!
Terwijl ik te huis op 't getouwe,
Gelukkig en blij en met u rondom mij,
De kost voor het kroost en de vrouwe,
Verdien en nog geld spare erbij!

'k Ben wever van stiel
Heb winde en heb wiel,
Met sneldraaiend spoeleke
een kussene stoeleke
een splinternieuw touwtje,
gansch 't huiselik boeleke
is al voor mijn vrouwtje.

En 'k weef u een kleed van zijde in satijn
zoodra gij, lief Grietje, mijn vrouwke wilt zijn!
En alles wat zich in mijn huisje bevindt
Wordt 't uwe mijn Grietje, zoo ge eeuwig me mint!
Ge weet 'k heb een schaapke en een zwijntje
Vier hennekens met een haantjen erbij,
Een vogelijke en ook een konijntje,
Doch 'k mid U als vrouwtje bij mij!

'k Ben wever van stiel
Heb winde en heb wiel,
Met sneldraaiend spoeleke
een kussene stoeleke
een splinternieuw touwtje,
gansch 't huiselik boeleke
is al voor mijn vrouwtje.

En 't jawoord klonk zoet! En vroolijk gezind
mijn vrouwken gezwind nu mijn spoelekens windt!
En 't liefdevol leven in 't huisje is ontstaan
Sinds 't spoelende wielke is aan 't zoeven gegaan!
En 't vogelke als Grietje ten danke,
Kweelt zonder verpoozen zijn heerelijk lied,
Ik zing ook al snokken en schranken
En 't spoeleken schijvert langs 't riet!

'k Ben wever van stiel
Heb winde en heb wiel,
Met sneldraaiend spoeleke
een kussene stoeleke
een splinternieuw touwtje,
gansch 't huiselik boeleke
is al voor mijn vrouwtje.

Zij spoelde met zorg hij weefde met vlijt,
en alles werd spaarzaam verstandig beleid!
En zoo mocht weldra als een liefdebetoon
't Gelukkige Grietjen een geldigen zoon,
en wiegsken en korgken gaan koopen!
Hoe weeldrig en blij ze zijn nu gedrij,
En hebben nog veel te verhopen...
verhopen een dochterke bij!

De wever zijn stiel
Aan Grietje beviel!
Bij 't spoelende windeke,
Een wiegske met 't kindeke,
En 't neerstige Grietje
Do-do-'t hun bemindeke
In slaap bij een liedje!


Contact
Algemeen Nederlands Zangverbond
Collegelaan 106
2100 Antwerpen
  • 03 237 93 92
  • info@anz.be
Een samenwerking tussen

Algemeen Nederlands Zangverbond, Studiecentrum voor Vlaamse Muziek en Bibliotheek Koninklijk Conservatorium Antwerpen. Met de steun van de Vlaamse Gemeenschap.