Roode rozen
Gij waart zoo vreemd, gij waart zoo schoon,
Mijn voorhoofd tooide ik, met een kroon
Van roode rozen.
Gij waart zoo vreemd, zoo schoon,
Mijn voorhoofd tooide ik, met een kroon,
Van roode rozen!
Nu gij mijn liefde hebt versmaad,
Op 't voorhoofd mij een krone staat,
Van roode rozen.
Nu gij mijn liefde hebt versmaad,
Op 't voorhoofd mij een krone staat,
Van roode rozen.
Maar zijpelt langs mijn slapen bloed,
Mijn dorenkroon mij droomen doet
Van roode rozen.
Maar zijpelt langs mijn slapen bloed,
Mijn dorenkroon mij droomen doet
Van Roode rozen.
Maar zijpelt langs mijn slapen bloed,
Mijn dorenkroon mij droomen doet
Van roode rozen,
Van roode rozen,
Van roode rozen!
Gij waart zoo vreemd, zoo schoon,
Mijn voorhoofd tooide ik met een kroon
Van roode rozen.
Copyright © 2018 - Alle rechten voorbehouden - Algemeen Nederlands Zangverbond
Lay-out door Lien Alaerts en OS Templates