Vlaamse liederendatabank

Gij englenstem

Gij eng'lenstem Van Bethlehem,
beziel mijn blijde zangen
Mijn ziele schroomt
Mijn vreugde stroomt
O! 'k heb mijn God ontvangen.

Mijn schoonste morgen lacht
Nog milder dan de wondernacht
Met Godsgenot mij tegen!
Mijn herte wordt mijn kribbekijn
Waar, nieuwegeboren Jesulijn
Nu eerstmaals is gelegen!
Nu eerstmaals is gelegen!

Gij eng'lenstem Van Bethlehem,
beziel mijn blijde zangen
Mijn ziele schroomt
Mijn vreugde stroomt
O! 'k heb mijn God ontvangen.

O schijn van schamel Brood,
Gij, doekskens van een God zoo groot!
O stroo mijn arme deugden!
O Goedheid, die mijn dak geduldt!
O Zon, die dak en deugd verguldt
Met hemelglans en vreugden!
Met hemelglans en vreugden!

Ik zie ten wonderdisch
Tweevoudig een geheimenis
Mij heden opebaren:
Hij spijst mij als zijn voedsterling
En 'k moet Hem, mijn vertrouweling,
Het leven door bewaren!
Het leven door bewaren!

Gij eng'lenstem Van Bethlehem,
beziel mijn blijde zangen
Mijn ziele schroomt
Mijn vreugde stroomt
O! 'k heb mijn God ontvangen.

O neen! Herodesnijd
Noch wereldschicht noch hellestrijd
En delgen me in hun diepten!
Ik volg des engels stil vermaan,
En zoeke, met mijn Schat gelaan,
Een veilig, vrij Egypten!
Een veilig, vrij Egypten!

Gij eng'lenstem Van Bethlehem,
beziel mijn blijde zangen
Mijn ziele schroomt
Mijn vreugde stroomt
O! 'k heb mijn God ontvangen.

Zijn wil, zijn woord, zijn wet,
Verhoningen mijn Nazareth
Mijn werken zijn genade!
'k Houd oog en hert naar Hem gericht,
Tot dat, volmaakt in 't Eeuwig Licht,
Zijn aanschijn mij verzade!
Zijn aanschijn mij verzade!

Gij eng'lenstem Van Bethlehem,
beziel mijn blijde zangen
Mijn ziele schroomt
Mijn vreugde stroomt
O! 'k heb mijn God ontvangen.