De appeltjes van Meetjesland

Het schip moet voort naar Engeland,
't Heeft moeite om heen te varen.
De stoomfluit gilt, het schroefwiel stampt
En slaat de wilde baren.
't Is van den bodem, tot het dek
Beladen voor den Britschen djek
Met appeltjes rood als bloed,
Met appeltjes suiker zoet.
Zij worden gezocht ten allen kant,
't Zijn de appeltjes van het Meetjesland!

Naar Vlaandren keert de stoomer weer,
Tot vreugd der schipperslieden.
Een watervogel bluf en licht
Kan vast niet sneller vlieden.
De vracht is klein, die 't schip nu vaart,
Doch ze is gewis het dubbel waard:
't Zijn guinjes met gouden klank
En schellingen zilver ank.
Zij werden gehaald op 't Britsche strand
Door de appeltjes van het Meetjesland!

Wij brengen 't boertje lof en eer!
Hem danken wij de vruchten,
Al doen hem hagel, rups en wind
Zoo vaak het ergste duchten.
Hij waakt en zorgt met noeste vlijt
Tot hem een heerlijke oogst gedijt
van appeltjes rood als bloed,
Van appeltjes suiker zoet.
Dan lachen de boertjes zoo plezant
Naar de appeltjes van het Meetjesland!


Contact
Algemeen Nederlands Zangverbond
Collegelaan 106
2100 Antwerpen
  • 03 237 93 92
  • info@anz.be
Een samenwerking tussen

Algemeen Nederlands Zangverbond, Studiecentrum voor Vlaamse Muziek en Bibliotheek Koninklijk Conservatorium Antwerpen. Met de steun van de Vlaamse Gemeenschap.