In den herfst
Regendruppels huivren koud
op het geelend loof der boonen,
die vol weemoed staan te droomen
in het najaarszonnegoud.
Maar de zon, in' t ondergaan,
schier heur pijlen op de droppen.
Ei! der lente bloemenknoppen
stoeien vonklend in de blaân!
Hert, mijn herte, koud en naakt,
weent gij om uw lentedroomen?
Is de herfst u aangekomen
en de winter bijgeraakt?
Maar een droom vol liefdegloed
giet zijn vreugd in mijne smarte,
en in 't stil verbloedend harte
weent een wonne bitterzoet.
Copyright © 2018 - Alle rechten voorbehouden - Algemeen Nederlands Zangverbond
Lay-out door Lien Alaerts en OS Templates